Stationaire machines zetten door
1950
De onderneming heeft 145 medewerkers in dienst en de omzet bedraagt meer dan een miljoen. De TAS 4 wordt gebouwd, de eerste knabbelschaar van TRUMPF met verstelbare slag. De stationaire machines zorgen voor een vergroting en internationalisering van de onderneming.
Berthold Leibinger begint in augustus 1950 met een opleiding in de onderneming van zijn peetoom Christian Trumpf. Zijn leerlingvergoeding bedraagt 65 Duitse mark per maand.
1953
TRUMPF is nu ook internationaal aanwezig op beurzen en begint een klantenbestand in het buitenland op te bouwen. De knabbelscharen worden een wereldwijd succes. Hierdoor is een tweede productielocatie nodig.
Hugo Schwarz wordt vennoot en directeur Verkoop. Hij blijft in deze positie werkzaam bij de onderneming tot 1978.
1955
Tegenwoordig is Hettingen met ca. 460 medewerkers een belangrijke spil in het productieverband van de TRUMPF Groep en het competentiecentrum voor krachtige ponsmachines. Tevens worden lasermachines en onderdelen/componenten voor lasermachines gemaakt.
1956
Berthold Leibinger begint in 1956 met een experimenteel afstudeerproject bij TRUMPF en houdt zich bezig met de verbetering van het snijproces bij knabbelscharen. Nadat hij zijn diploma van de Universiteit Stuttgart in 1957 heeft ontvangen, werkt Leibinger bij TRUMPF tot hij in 1958 een baan krijgt bij de Cincinnati Milling Machine Company in Cincinnati, Ohio, VS, dat destijds de grootste fabrikant van gereedschapsmachines ter wereld was.
1957
TRUMPF patenteert de coördinatengeleiding van platen: dit vormt het uitgangspunt voor de NC-besturing, die al snel op alle gereedschapsmachines zal worden gebruikt. Deze technologische ontwikkeling overwint de handmatige geleiding van de plaat door de operator van de machine en maakt millimeternauwkeurig nibbelen (aangedreven ponsen) van uitsnijdingen en contouren mogelijk. De coördinatengeleiding is de eerste stap richting de numeriek gestuurde toevoerbeweging.